Den Helder, 1 mei 1940

Ondanks alle geruchtmakende berichten uit het buitenland blijft Nederland neutraal en het leger gemobiliseerd. De stad leefde door, niet wetend dat zij binnen enkele dagen het inferno van de oorlog zou beleven. Den Helder stond in de begindagen van mei onder hoogspanning, al beseften slechts weinig burgers dat de schaduw van het noodlot zwaar over de stad lag. Waarom moest men zich zorgen maken als er iets gebeurde men was toch voorbereid?

Door de strategische ligging en de aanwezigheid van de Koninklijke Marine in de stad, waren de bestuurders uiteraard voorbereid op het ergste. Er lag een degelijk evacuatie plan klaar voor het geval dat Den Helder verdedigd moest worden tegen de Duitse aanvallen. De bevolking was op papier verdeeld in groepen van duizend man, onder leiding van een hoofdgeleider. Deze groepen waren vervolgens weer verdeeld in kleinere groepen van vijftig onder leiding van een hulpleider.

Een mogelijke evacuatie zou geschieden in twee fasen. Bij de eerste fase zouden alle burgers worden geƫvacueerd die direct gemist konden worden en bij de tweede fase alle burgers die onder andere in rijksdienst waren. De evacuees zouden naar de omliggende gemeenten en Friesland worden gebracht per trein, boot of (militair) voertuig.

Alles was degelijk voorbereid. Zeer degelijk. Als de nood aan de man zou komen dan hoefden de burgers van Den Helder alleen naar het luiden van de klokken te luisteren. Meer hoefden ze niet te doen. De rest zou vanzelf komen.

Het zag er allemaal zo goed en vertrouwd uit, de oorlog kon komen, de burger zou veilig zijn. Het papier was geduldig, maar men kon de oorlog niet. De Helderse burgers waande zich veilig tegenover de helse machten die op het punt stonden ontketend te worden. En de klokken die hebben nooit geluid. (Bron: van Kampen, A. (1946). De Burgers van Den Helder . Amsterdam C.V. uitgeverij)